Aldus het Gerechtshof Den Haag dat arrest wees in de zaak die het Bedrijfstakpensioenfonds voor de Vlees- en Vleeswarenindustrie en de Gemaksvoedingindustrie (VLEP) aanspande tegen werkgever Foodconnect. [1] In deze zaak draaide het om de vraag of Foodconnect verplicht diende aan te sluiten bij de VLEP, of dat de aansluiting bij het Pensioenfonds Horeca en Catering zoals nu van kracht was , de juiste beslissing was.
Het meest interessante onderdeel van dit arrest is niet zozeer de conclusie terzake bovenstaande, maar hetgeen het hof in zijn overwegingen toevoegt . Het hof stelt dat werkgevers niet de dupe mogen worden van onduidelijke verplichtstellingsbeschikkingen, in casu de afbakening welke werkgever verplicht is aan te sluiten bij welk BPF. Het is aan de sociale partners dergelijke omissies in verplichtstellingsbeschikkingen te voorkomen. Sterker nog, deze eis wordt binnen de wet gesteld aan de door de sociale partners op te stellen verplichtstellingsbeschikkingen.
Als BPF Expertisecentrum stellen wij vast dat het vrijwel onmogelijk is om dit soort overlap- of samenloop situaties te voorkomen. Een verplichtstellingsbeschikking wordt immers opgesteld in de tijdsgeest en op basis van de actuele (markt)omstandigheden. Ontwikkelingen en innovaties zorgen er echter voor dat verplichtstellingsbeschikkingen al snel achter de feiten aan gaan lopen.
Bedrijfstakpensioenfondsen zijn al snel bereid om naar de rechter te stappen bij een geschil over werkingssfeer. Veelal zijn er meerdere juridische procedures nodig om duidelijkheid te verkrijgen. Werkgevers zijn huiverig voor de aansluiting of juist afmelding bij een bedrijfstakpensioenfonds omdat de juridische kosten hoog kunnen oplopen. Voor de werkgever komen de juridische kosten voor eigen rekening, terwijl de kosten die de bedrijfstakpensioenfondsen moeten maken voor dergelijke procedures uiteindelijk weer voor rekening van de werknemers en werkgever komen in de vorm van de premie.
Naar de mening van het BPF Expertisecentrum zouden bedrijfstakpensioenfondsen en sociale partners er goed aan doen om, wanneer er een dispuut ontstaat terzake de werkingssfeer, een onafhankelijke derde (zoals het BPF Expertisecentrum) in te schakelen om voor de beide partijen een (bindende) uitspraak te doen. Niet alleen rechters zijn het hier kennelijk mee eens, het is ook in sociale context de beste en meest fatsoenlijke oplossing.
Robert Wognum
Initiatiefnemer – adviseur BPF Expertisecentrum
[1] ECLI:NL:GHDHA:2018:3330
Recente reacties