Dat blijkt maar weer eens uit een uitspraak van een kantonrechter in het oosten des lands waarin een transportonderneming veroordeeld wordt tot het betalen van € 280.000,- achterstallige pensioenpremies en € 16.000,- aan kosten voor incasso alsmede beslaglegging op de zakelijke en privé-eigendommen van de ondernemer (ECLI:NL:RBOVE:2019:2350).
Een bedrijfstakpensioenfonds (BPF) heeft zeer ruime bevoegdheden gekregen voor het incasseren van (achterstallige) pensioenpremies. Van een daarvan, het opstellen van een ambtshalve nota, is in onderhavige zaak gebruik gemaakt door het BPF. Uit de uitspraak van de kantonrechter valt op te maken dat de ondernemer van mening is dat deze nota te hoog is. . Het is in beginsel echter aan de ondernemer om aan te tonen dat dit inderdaad het geval is. De ondernemer slaagt hierin niet en de ambtshalve nota houdt stand.
Een andere verhaalsmogelijkheid van het BPF is het aanspreken van de bestuurder op grond van diens hoofdelijke aansprakelijkheid voor de te betalen pensioenpremie (zie art. 23 Wet Bpf 2000). Dat dit niet alleen maar theoretisch risico is, blijkt ook maar weer eens uit het feit dat het BPF beslag heeft laten leggen op het privévermogen van de ondernemer.
Al met al is het BPF-risico er een om serieus te nemen. Zit u met een BPF-risico is uw maag of heeft u vragen over dit onderwerp of over andere BPF-risico’s? Neem dan contact op met de experts van het BPF Expertisecentrum.
Recente reacties